Burnout is de eindfase na het langdurig onder stress staan. Mensen ervaren vaak al geruime tijd en op meerdere terreinen veel stress.
Stress stelt ons in staat dat we in een bedreigende situatie kunnen overleven. Er vinden veranderingen in ons lichaam plaats die ons extra energie en alertheid geven om uit die bedreigende situatie te komen. De Adrenaline en Cortisol stijgen en maken het lichaam klaar voor actie. Wanneer deze situatie langdurig aanhoudt blijft het lichaam in actieve stand staan, en ben je op gegeven moment nog maar nauwelijks in staat om lichamelijk en geestelijk te ontspannen.
Stress hoort bij het leven. Onder invloed van tijdelijke stress kunnen we goede prestaties leveren. Wanneer die stress lang aanhoud en er onvoldoende ruimte is en genomen word om ook te ontspannen, ontstaan er klachten. Bij het langdurig onder stress staan worden de klachten erger en als je niet ingrijpt, leidt dit tot een burnout.
Volgende klachten komen vaak voor t.g.v. langdurige stress:
- Lichamelijke klachten
- Emotionele klachten
- Denken
- Verandering in gedrag
- Slecht slapen
- Hartkloppingen
- Drukkend gevoel op de borst
- Moe en lusteloos zijn
- Maag en darmstoornissen
- Hoge bloeddruk
- Hoofdpijn
- Spierpijnen
- Sneller transpireren
- Snel geïrriteerd
- Snel huilen
- Vlug emotioneel reageren
- Zelden lachen
- Somber, depressief
- Onverschillig zijn
- Verstrooid zijn
- Moeilijk concentreren
- Piekeren
- Overdreven waakzaam zijn
- Minder prikkels aan kunnen.
- Meer of minder eten
- Meer roken, alcohol, medicatie
- Geen zin meer hebben in seks
- Je niet kunnen ontspannen, onrustig zijn
- Geen energie meer hebben
10% van de Nederlandse beroepsbevolking heeft last van burn-out-verschijnselen.
Oorzaken burnout
Langdurige stress in combinatie met bepaalde omstandigheden en karaktereigenschappen kunnen het ontstaan van stress en de kans om een burnout te krijgen vergroten:
Persoonlijkheid, karaktereigenschappen
Perfectionisme, moeilijk grenzen stellen, geen nee kunnen zeggen, hoge verwachtingen hebben, idealisme, bereidheid om te geven en voor anderen te zorgen, moeite met delegeren, moeilijk prioriteiten kunnen stellen, ambitieus, loyaliteit, je graag willen manifesteren.
Omstandigheden
Financiële- of gezondheidszorgen, verstoorde relaties, verlies van naasten, traumatische ervaringen en stress in de privé situatie zoals een zieke naaste, een verhuizing, geboorte kinderen, verbouwing e.d.
Werksituatie en inhoud werk
Routinematig werk, geen invloed hebben op werkomstandigheden, slechte werksfeer, slecht management, bureaucratie, reorganisaties, zware werkbelasting, onregelmatige werktijden, onduidelijkheid over taken en verantwoordelijkheden, intensiteit van werk, tijdsdruk, werk waarbij je veel moet geven en weinig waardering krijgt, conflict waarden en normen.
Cognitieve gedragstherapie (CGT) bij burnout en stress
Bij cognitieve gedragstherapie probeer je stress te verminderen door de draaglast te verminderen of het vermogen om met stress om te gaan te verbeteren. Het verminderen van de stressoren is een lastige taak omdat mensen deze meestal niet onder controle hebben. Over het algemeen hebben mensen vaak geen beslissende invloed op externe factoren zoals de werkdruk, collega’s en onderlinge verhoudingen. Bij burnout zijn veel oorzaken gerelateerd aan de organisatiestructuur, cultuur, waarden, werksituatie en werkinhoud. Stress moet gezien worden in de context van de organisatie en niet als een individueel probleem.
Desalniettemin ligt er ook een taak voor het individu. Mensen kunnen ervoor zorgen dat ze stressbestendiger worden en de kans op een burnout zo verkleinen. Goede voeding, regelmatig lichamelijke inspanning, tijd voor rust, ontspanning en sociale activiteit, verkleinen van de dagelijkse draaglast, hulpbronnen inschakelen zijn hierbij natuurlijke ‘inkoppers’.
Cognitieve gedragstherapie is een effectief gebleken en veelal toegepaste behandelmethode bij burnout. De behandeling begint met een uitgebreide analyse van de veroorzakende en in stand houdende factoren van een burnout.
Cognitieve therapie bij burnout bestaat o.a. uit:
weer leren relativeren, geleidelijke reactivatie (in- en ontspanning beter combineren), tijdsmanagement, leren prioriteiten stellen, vergroten assertiviteit, ontspanningsoefeningen, weer creëren van plezierige activiteiten, leren anders met stress omgaan, leren minder te piekeren e.d.